oktober 2013
De speelzaal is vandaag van mij. Om beurten komen alle groepen van de Koos Meindertsschool bij mij op bezoek.
De Koos-wie-school?
De Koos Meindertsschool!
Ik moet er zelf ook aan wennen dat er bij leven een basisschool naar me is genoemd. Maar het is toch echt zo: basisschool De Schakel en de Nutshage gaan samen
verder als de Koos Meindertsschool.
Het gebouwligt in Loosduinen, aan het Kortekaasplantsoen, op een steenworp afstand van de Onze Lieve Vrouwe ten Hemelopnemingkerk en mijn inmiddels afgebroken lagere school, de Sint Petrusschool
voor Rooms-katholieke jongens, waar de meester van de vijfde klas, mijn lievelingsmeester, eeuwigfijn voorlas uit Alleen op de wereld en De scheepsjongens van Bontekoe.
Meester Tilleburg heette hij. Ik zie hem zo weer voor me, een vriendelijke man met stekeltjeshaar en een grote bril met een toen -en nu weer- modern zwart montuur. Van hem heb ik van boeken leren
houden. Mocht hij nog leven, zou hij nu ergens in de tachtig zijn. Zou hij mij nog herinneren en zou hij weten dat er een school naar mij is genoemd?
Vrijdag 31 mei is de naam bekend gemaakt, ik was op het feest aanwezig en beloofde in oktober terug te komen om het startschot te geven aan de Kinderboekenweek 2013.
Op de groepen 5 na, die komen morgen apart bij mij op bezoek in Bibliotheek Loosduinen, ontvang ik alle klassen, van de kleuters van groep 1-2 tot de kinderen van groep 8. Per groep heb ik
een kwartier. Niet veel, maar het is een goeie manier om alle kinderen te ontmoeten, hun juffen en tot mijn grote voldoening ook hun drie meesters, op veel scholen een uitstervend ras. Wie van de
drie zou een meester Tilleburg zijn?
Twee uur lees ik voor, met een stiefkwartiertje pauze. Voorlezen is topsport. Ik doe elke keer wat anders. Ik zing Leve het nijlpaard, lees voor uit Meneer Hoedjes vangt een vis
en De man in de wolken en draag thematisch verantwoord wat voetbalgedichten voor.
Om kwart over twaalf neem ik afscheid van juf Marjan die de ochtend heeft georganiseerd en bij het verlaten van het pand gaat de telefoon. De conciërge neemt op: ‘Met de Koos
Meindertsschool…’
Er verschijnt een grote grijns op mijn gezicht. Nu is het pas echt.
De Koos Meindertsschool bestaat.