Terwijl ik in de krant op zoek ging naar mijn naam in de paginagrote
solidariteitsadvertentie voor Pim Lammers, drong zich een beeld op dat ik van de week in het journaal had gezien van de aardbeving in Syrië en Turkije: reddingswerkers haalden een pasgeboren baby
met de navelstreng er nog aan uit het puin van een ingestort huis. Alsof het huis zelf het kind had gebaard, met de reddingswerkers als wroetvrouwen.
Vreemd genoeg moest ik denken aan een passage in Zebedeus en het ganzenbord van Wisse, mijn nieuwe boek dat ergens in april uitkomt.
Zebedeus zit in de put en op het moment dat hij denkt te gaan sterven en afscheid neemt van het leven, ontdekt hij bij toeval een onderaardse gang en kruipt hij op handen en voeten naar het
licht aan het eind van de tunnel. Zebedeus komt als herboren aan in De Zevende Hemel. De naamloze baby van het ingestorte huis in de hel.
Woensdag 15 februari, een dag na Valentijn, is er een nationale inzamelingsactie voor de slachtoffers van de aardbeving in Syrië en Turkije: giro 555.