I don't give a shit


Jaren geleden, ik was op vakantie in Wallis, vroeg ik de boekhandelaar van Zur alten Post in Brigg welke hedendaagse Zwitserse schrijver ik beslist moest lezen. Daar hoefde hij niet lang over na te denken: Peter Stamm.
Ik verliet de winkel met de roman Agnes, Stamms debuut. Zijn geen woord teveel manier van schrijven beviel me en inmiddels heb ik een aardige verzameling boeken van hem in de kast staan, waaronder zijn nieuwste boek In einer dunkelblauen Stunde, een verhaal over  Richard Wechsler, een bekende Zwitserse schrijver, vertelt door filmregisseur Andrea die een documentaire over hem maakt.
Aan het eind van het boek, op pagina 251, spreekt Wechsler zich uit over wat hij als de belangrijkste eigenschap van zijn schrijverschap ziet: Gelassenheit, een kalme gelatenheid in de zin van je nergens en van niemand iets aantrekken:
‘I don’t give a shit, zei hij (…) Het maakt me niks uit. Wat de mensen denken, wat de recensenten schrijven, wat de markt wil, hoe de verkoopcijfers eruitzien. I don’t give a shit. Ik maak wat ík vind dat goed is.’
Je moet het je wel kunnen veroorloven om zoiets te zeggen, wordt hem tegengeworpen, waarop de schrijver antwoordt met: ‘Je kunt het je niet veroorloven om zoiets niet te zeggen.’
Iets om te onthouden.