1.Waar is Reinaert? Terwijl Reinaert de Vos tijdens het monopolyspelen met zijn kinderen stiekem een briefje van duizend uit de bank jatte en zich tegoed deed aan een kipkluifje, verklaarde Koning Nobel in de paleistuin de jaarlijkse Hofdag voor geopend. 'Fijn dat jullie er allemaal zijn,' sprak hij. 'Ik mis anders mijn oom,' zei Grimbeert de Das. 'Reinaert de Vos. 'Die mis ik ook, zei het hondje Courtois. 'Als kiespijn! Van de week heeft hij op klaarlichte dag een saucisson van me gestolen....

Meneer Max houdt van wandelen. Niet om ergens te komen, maar om ergens te zijn en goed o zich heen te kijken. Zo nu en dan blijft hij stat en haalt hij zijn schetsboek tevoorschijn om te tekenen wat hij ziet. Meneer Max ziet veel. Niet iedereen vindt wat hij tekent mooi. 'Wat een lelijke mensen,' zeggen ze. 'Eenvoudige mensen,' zegt meneer Max. 'Mensen zoals ze zijn en zoals ik ze zie.' Uit: Liebermann, de zee van meneer Max, Leopold (ism Kunstmuseum Den Haag) 2018 Illustraties Annette Fienieg...

Alleen en in zijn eentje Daar loopt hij allen, alleen en in zijn eentje, zijn lichaam nog kleiner dan zijn tas. Daar loopt hij alleen, te dromen in zijn eentje zijn wereld nog groter dan zijn Bostatlas. Hij spreidt zijn jas tot vleugels en de wind die neemt hem mee. Hij zweeft hoog boven het schoolplein en dan landt hij met dt. Daar zit hij alleen, alleen en in zijn eentje, naast het aquarium in de klas. Daar zit hij alleen, en schrijft met zijn vinger de naam van de mooiste maanvis op het...

The wise men of Gotham Three wise men of Gothem went to sea in a bowl. If the bowl had been stronger my story would have been longer. Drie vrolijke Friezen Drie vrolijke Friezen uit Lemmer gingen naar zee in een emmer. Was in de emmer dat gat niet geweest, was mijn verhaal lang zo nat niet geweest. Uit: Kak! zei de ezel, Rubinstein 2016 Illustraties Annette Fienieg Tweetalige editie met 101 onzinrijmen, van Humptie Dumptie tot Orkie Porkie.

1. Midden in de nacht Net toen ik dacht: ik heb het me verbeeld, hoorde ik het weer, een langgerekte dierlijke schreeuw, als het kermen van een gewonde hond. Mijn broertje in het bed naaste me had niets gehoord. Het verbaasde me niks. Kleine Kees werd nergens wakker van. Al liet je vlak naast zijn gezicht een zak knikkers op een zinken bord neerkletteren dan nog sliep hij door. Het schreeuwen deed me denken aan het nachtelijke gillen van de gekken achter de muur van de psychiatrische kliniek...

Proloog Ik stond beneden en keek hoe Jan zingend tegen de schoorsteenpijp omhoog klom. Op het hoogste punt zwaaide hij, triomfantelijk. Hij riep nog iets, ik kon niet goed verstaan wat, - 'Ik heb de zee gezien!', zou hij dat hebben geroepen?- en toen is hij gevallen en ben ik naar huis gerend: er is niets gebeurd, er is niets gebeurd. Mijn vader vertelde me wat ik als eerste wist, eerder nog dan Jans ouders. 'Jan is dood.' 'Wat?!'riep ik. 'Wat?!' Ik speelde het zo overtuigend dat ik wist dat er...

De witte kaketoe Boeroeng kakatoea, Indonesië De witte kaketoe springt in het raamkozijn. Mijn opoe, oud en moe, twee tanden, mondje toe. Leitrum, leitrum, leitrum, la, la, la.Leitrum, leitrum, leitrum, la, la, la.Leitrum, leitrum, leitrum, la, la, la. Boeroeng kaktoea. Uit: De liedjesatlas. Illustraties Annette Fienieg Boek met cd met 24 liedjes van over de hele wereld, van Senegal tot Argentinië

‘Eva, je staat in de krant.’ Ik til mijn hoofd een eindje op van mijn kussen. Mijn ouders staan in de deuropening van mijn slaapkamer. Mijn vader voorop, zwaaiend met de krant. ‘Kunnen jullie niet kloppen? Ik lag te slapen.’ In werkelijkheid lig ik al meer dan een uur wakker. Ik dacht aan gisteren en zag mezelf weer liggen, op het asfalt naast een oude vrouw, terwijl ik naar mijn fiets keek, een paar meter verderop. Het voorwiel stak omhoog en draaide traag rondjes. Als in een film....

De koning gaat uit varen, wie vaart er met hem mee? Twintig sterke roeiers op een rijtje twee aan twee. Daar zijn de eerste roeiers, de tweeling Snuf en Snuit. Snuf geeft Snuit een handje op de loopplank naar de schuit. Uit: De koning gaat uit varen, Rubinstein 2014 Illustraties Annette Fienieg Gouden Boekje op rijm over de roeiers van de koningssloep die die de koning een dagje mee uit varen nemen.

Angelino is de eerste die hen zit. Dio mio! Drie koningen met een kameel op weg naar zijn dorp. Hij springt overeind, geeft een roffel op zijn trommel en rent ervandoor. Onderweg komt hij Enzo tegen, de oude schaapsherder met zijn kudde. 'Enzo!' roep hij. Er is hoog bezoek onderweg. Drie koningen met een kameel.' 'Koningen, zeg je?' zegt Enzo. 'Die komen voor mij en mijn wol. Mijn schapen geven wol van de allerhoogste kwaliteit!' 'Beh,' roepen zijn schapen. En weg is Angelino weer. Uit:...

Meer weergeven